Lichtplan magazijnen

Een bedrijfspand bestaat uit kantoren, werkplaatsen en magazijnen. Heel vaak zijn dit stelling magazijnen en met gangpaden waar al-dan-niet met heftruck gereden kan worden. Het verlichten van de magazijnen is een belangrijke aangelegenheid vanwege de veiligheid en de arbeidsomstandigheden (Arbo) in het algemeen.

Wanneer voldoet de verlichting aan de Arbo eisen? Dit is in principe afhankelijk van de omstandigheden en inzichten. In een dergelijk situatie is het lastig aan te tonen dat u aan de vereisten voldoet van de Arbo. Gebruik om die reden de verlichtingsnorm NEN EN-12464-1:2011.

Voor magazijnen waar mensen, al-dan-niet met een heftruck, de producten opslaan of ophalen geldt het volgende:

  • De gemiddelde verlichtingssterkte op de vloer is tenminste 150 lux1
  • De gelijkmatigheid op de vloer is tenminste 0,402
  • De UGR is niet hoger dan 22 (maat voor verblinding)
  • De kleurweergaveindex is tenminste 60

1 het gaat hier om de verlichtingssterkte aan het einde van de gebruiksperiode van de lichtbronnen die toegepast worden.

2 de gelijkmatigheid Uo is het quotiënt van de laagste berekende, cq gemeten verlichtingssterkte gedeeld door de gemiddelde verlichtingssterkte.

Indien etiketten en andere essentiële informatie door mensen gelezen moeten worden, is een goede verticale verlichtingssterkte erg belangrijk. Houdt daarom het volgende aan;

  • De gemiddelde verticale verlichtingssterkte is tenminste 50 lux over het relevante verticale vlak, aan het einde van de gebruiksperiode van de lichtbronnen.
  • De gelijkmatigheid is tenminste 0,10 in het relevante verticale vlak

In bepaalde omstandigheden is dit echter niet haalbaar en mits goed gedocumenteerd en gemotiveerd kan hiervan afgeweken worden naar lagere waarden.

Erg belangrijk zijn verder de reflectiefactoren van de dozen/producten in de stellingen, die van het plafond en die van de vloer. Is hierover niets bekend, hanteer dan 0,3 (plafond), 0,3 (stellingen verticale vlakken) en 0,2 (betonvloer). 

Voor de terugval van de verlichtingssterkte door veroudering van de lichtbron en het uitvallen ervan, de vervuiling van de ruimte en van de optiek met lichtbron, dient de lichtinstallatie met een zeker percentage over gedimensioneerd te worden. Voor een relatief schoon magazijn wordt doorgaans 20% over gedimensioneerd, voor een sterk vervuilende omgeving moet per geval e.e.a. bepaald worden.

In stelling magazijnen tot 6 meter hoogte zijn T5 fluorescentiebuizen in combinatie met een reflector de  meest voor de hand liggende keuze. In dergelijke magazijnen tussen 6 en 12 meter zal een evaluatie nodig zijn om te bepalen of T5 fluorescentiebuizen dan wel industriestralers de beste keuze zijn. Daarboven zijn industriestralers de meest voor de handliggende keuze.

In stukgoed magazijnen geldt min of meer hetzelfde, maar dan zal fluorescentie vaker het pleit winnen dan industriestralers.

Er bestaan zowel led oplossingen die fluorescentie kunnen vervangen, als die industriestralers kunnen vervangen. De lampwisselkosten kunnen daarbij doorslaggevend zijn. Moeten er namelijk erg hoge kosten gemaakt worden , doordat productie stil gelegd zal worden en/of hoogwerkers er aan te pas komen, dan zal de lange levensduur van led vaak het argument zijn. Goede led oplossingen zijn wel (soms fors) duurder, maar onder omstandigheden kunnen die terugverdiend worden door energiebesparing en de reductie in lampwisselkosten.

Energiebesparing.

In de magazijnen brandt de verlichting doorgaans zolang als er gewerkt wordt. In de gangpaden is echter maar heel beperkt in de tijd iemand aanwezig en het potentieel van de besparing is dus recht evenredig met het afwezigheidspercentage. Om die reden is besparen middels een bewegingssensor erg zinvol. Percentages tot 90% zijn realistisch, al dient e.e.a. per geval beoordeeld te worden.

De techniek die beschikbaar is zijn PIR sensoren en zgn. doppler-radar (microgolven). Die laatste techniek biedt en groot bereik en hoge gevoeligheid. De keerzijde kan zijn, dat als de stellingen leeg zijn, het ongewenst inschakelen toeneemt en de besparing dus afneemt.

PIR is hier minder last van, maar de PIR moet wel voor deze toepassing ontworpen zijn. Een niet geschikte PIR zal onvoldoende gevoelig zijn en zelfs gevaarlijk zijn omdat de verlichting niet ingeschakeld wordt als dat nodig is. Een ernstige aanrijding kan het gevolg zijn.

Fluorescentiebuizen kunnen wel frequent geschakeld worden, maar hun levensduur zakt snel in elkaar. Industriestralers hebben hogedruk gasontladingslampen en die kunnen niet op een bewegingssensor aangesloten worden, omdat de lamp eerst moet afkoelen. LED behoud zijn lange levensduur ondanks het vele schakelen en levert ook direct zijn maximale hoeveelheid licht.